Het maakt niet uit of het gaat om fossiele brandstoffen of om duurzame energie, de infrastructuren voor mobiliteit en energie zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Voor het elektriciteitsnet is het van belang waar en hoe woningen inclusief laadinfrastructuur gerealiseerd worden, en voor nieuwe woningen en laadmogelijkheden moet netcapaciteit voorhanden zijn. Met de oplopende ruimtedruk in Nederland zijn slimme afwegingen nodig voor passend en efficiënt ruimtegebruik. Zuinig en meervoudig ruimtegebruik geldt dan ook als richtinggevend principe in de nieuwe Nationale Omgevingsvisie (NOVI).
Integrale mobiliteitshubs zijn een populair en veelbelovend middel om tot een efficiënter ruimtegebruik te komen door de opgaven rond de thema’s mobiliteit, energie en ruimte te combineren op weg naar duurzame gebiedsontwikkeling. Om dat te bereiken hebben we derde generatie hubs ontwikkeld.
Derde generatie hubs: structurele aanpak voor samenhangende oplossingen
Bij de eerste en tweede generatie hubs krijgt de energiesector pas aan het einde van de ontwerpfase een rol, als de meeste keuzes al vastliggen. Bij een derde generatie hub is er vanaf het begin een gelijkwaardige synergie tussen energie, mobiliteit en ruimte. Hoe minder al vastligt, hoe groter de kans op een succesvol en passend eindresultaat. Met deze aanpak kunnen mobiliteitshubs een oplossing bieden voor opgaven in het energie- of ruimtelijke domein. Derde generatie hubs kunnen ook op bestaande locaties zoals treinstations worden ingezet. De mogelijkheden en opgaven van het gebied rondom de bestaande locatie geven kaders en richting aan de gewenste mobiliteits oplossing, de herinrichting van het gebied en de beschikbare energie-infrastructuren (en vice versa).
Een mobiliteitshub is een overstappunt waar verschillende vormen van mobiliteit bij elkaar komen, zoals een treinstation.
Eerste generatie hubs: de sectorale aanpak loopt tegen haar grenzen
Bij de eerste generatie mobiliteitshubs zijn de verschillen tussen de betrokken partijen groot. Elke partij heeft haar eigen bestaande belangen, werkwijzen, regelgeving, focus, etc. Elke sector werkt, alleen of soms ook al samen, hard aan haar eigen opgaven. Ondertussen zien we dat de sectorale aanpak tegen haar grenzen aanloopt. De media en politiek berichten regelmatig over stagnerende ontwikkelingen vanwege schaarste op het elektriciteitsnet. Momenteel staan er 6.700 bedrijven en instellingen op de wachtlijst voor een aansluiting. Daarnaast zijn er veel bedrijven en instellingen die niet op de wachtlijst staan maar wel behoefte hebben aan een aansluiting op het elektriciteitsnet.
De huidige wachtrij is slechts het topje van de ijsberg. In een eerder onderzoek concludeerden DEP en Panteia dat de ingang van zero-emissiezones in 2030 in gevaar komt door onzekere netcapaciteit en lange doorlooptijden voor verzwaringen. Ook de realisatie van eerste generatie mobiliteitshubs heeft te maken met beperkte netcapaciteit. Bij deze eerste generatie hubs is de mobiliteitsbehoefte leidend, en pas vlak voor realisatie wordt de benodigde netaansluiting aangevraagd en gerealiseerd. Tot een aantal jaar geleden werkte deze aanpak, maar inmiddels niet meer.
Tweede generatie hubs: alternatieve technische oplossingen
Vanwege de netcongestie en energietransitie wordt er veel gewerkt aan alternatieve oplossingen, die steeds vaker worden toegepast bij tweede generatie hubs. CE Delft publiceerde bijvoorbeeld eerder dit jaar het rapport “Laden voor logistiek bij beperkte netcapaciteit”, waarin ze mogelijke oplossingen voor logistiek laden op locaties met beperkte netcapaciteit samenvatten. Ook de gemeenten Rotterdam en Amsterdam onderzoeken mogelijkheden om vervoerders en exploitanten van laadvoorzieningen laadpleinen gezamenlijk te laten gebruiken en slim gebruik te maken van het elektriciteitsnet.
De tweede generatie hubs bieden meer mogelijkheden dan eerste generatie hubs, maar mobiliteit blijft leidend ten opzichte van ruimte en energie en ook de ontwikkeling van tweede generatie hubs loopt tegen haar grenzen. Dit komt deels doordat innovatieve oplossingen vaak tegen juridische of organisatorische knelpunten aanlopen, maar bovenal doordat de technische mogelijkheden ondanks innovatie niet oneindig zijn.
Bij een derde generatie hub is vanaf het begin een gelijkwaardige synergie tussen energie, mobiliteit en ruimte
Eerste stap naar derde generatie hubs
De handreiking is een eerste stap in bewustwording om integraal en gezamenlijk derde generaties hubs te ontwerpen. Het is een leertraject van meerdere jaren waarin de betrokken partijen samen kennis opbouwen en ervaring opdoen. Sommige partijen lopen voorop en hebben al veel ervaring opgedaan, andere partijen staan aan het begin – door samen te werken en elkaar aan te vullen in het proces kunnen stappen worden gezet. De handreiking van CROW biedt een overzicht van de mogelijkheden met derde generatie hubs, de aanpak naar een synergie tussen de partijen, en de gezamenlijke weg er naartoe.